Polsklachten

Een Osteopaat zoekt naar de oorzaak van de klacht. Polsklachten kunnen zeer diverse oorzaken hebben. De Osteopaat zal dan ook uitgebreid onderzoeken:
Lokaal in polsgewricht;
Neurologische oorzaak? Zoals krachtvermindering, tintelingen, verminderde reflexen Dit wordt in de anamnese al uitgevraagd, maar kan ook met specifieke testen;
Doorbloeding, vooral vanuit de nek-schoudergordel (thoracic outlet);
Blokkades, zoals van de eerste rib, spanning van de m. scalenii of m. pectoralis minor, waardoor zenuwen en bloedvaten bekneld raken en klachten geven in schouder, arm en hand.
Viscera, die spanning in de schoudergordel kunnen geven en zo dus indirect voor klachten in de pols kunnen zorgen.
Bij enkel een lokaal probleem, kan er bijvoorbeeld een bewegingsbeperking van een van de handbotjes zijn, of een peesprobleem. Daar waar mobiliteitsverlies is, zal de Osteopaat de mobiliteit herstellen. De doorbloeding wordt verbeterd, dit is tenslotte belangrijk in afvoer van de afvalstoffen en aanvoer van nieuwe voedingsstoffen. Dit kan door verbeteren van de mobiliteit van de schoudergordel en de pols zelf. Bij neurologische prikkeling kunnen mogelijk ook nog neurogene mobilisatie technieken gebruikt worden.